Advies uitbrengen over de mobiliteitsplanning en het mobiliteitsbeleid in Vlaanderen is een essentieel aspect van de decretale opdracht van de MORA. Die voorziet dat de MORA reflecties levert over de bij het Vlaams Parlement ingediende beleidsnota’s en beleidsvoornemens.

De MORA besteedt hierbij bijzondere aandacht aan de cijfermatige onderbouwing van het mobiliteitsbeleid en de afstemming tussen de verschillende betrokken beleidsdomeinen en -plannen. De MORA ijvert voor een beleid dat inzet op de integrale benadering van de vijf belangrijkste mobiliteitsdoelstellingen: bereikbaarheid, toegankelijkheid, verkeersveiligheid, verkeersleefbaarheid en milieu.

De Vlaamse Regering heeft in 2021 gekozen om geen Mobiliteitsplan op te stellen. In plaats hiervan werd een Mobiliteitsvisie aangenomen. Deze visie moet inspirerend werken ten aanzien van de andere beleidsdomeinen en -niveaus, waaronder de vervoersregio’s. Het blijft de opdracht van de MORA om het maatschappelijk draagvlak voor deze Mobiliteitsvisie in kaart te brengen voor het beleid. Vanuit onze raad is het belangrijk dat de elementen uit de Mobiliteitsvisie aansluiten bij de andere beleidsplannen zoals het Beleidsplan Ruimte en het Klimaatbeleidsplan.

Het feit dat de Vlaamse Regering heeft afgezien van een omvattend Mobiliteitsplan maakt dat een groot aantal plannen en conceptnota’s naast elkaar blijft bestaan. Er wordt op dit ogenblik werk gemaakt van het Geïntegreerd Investeringsprogramma (GIP) dat een efficiënte opvolging van investeringen en onderhoud van infrastructuurwerken moet mogelijk maken.

In deze omgeving streeft de MORA ernaar dat het maatschappelijk debat over de kostprijs van het mobiliteitssysteem en de verdeling ervan over zijn gebruikers niet op de achtergrond verdwijnt.