Advies woonbeleidsplan Vlaanderen 2050

Vlaams minister van Energie Wonen Steden en Sociale economie
Freya Van den Bossche

Begin 2013 vroeg Vlaams minister van Wonen, Freya Van den Bossche, aan verschillende adviesraden om inhoudelijk te reflecteren over de 'visienota' en 'doelstellingenkader' ter voorbereiding van het Woonbeleidsplan 2050.

In een advies van 22 februari 2013 geeft De MORA aan dat 'nabijheid' een goed vertrekpunt is voor de benadering van mobiliteit. Vanuit het mobiliteitsperspectief is het goed dat gekozen wordt voor inbreiding en vernieuwingsprojecten, en dat bijkomende versnippering en lintbebouwing wordt tegengengaan.

De MORA wenst dat de uitdaging van een innovatieve stadsdistributie meegenomen wordt bij de verdere uitwering van het beleidsplan.

De MORA herhaalt haar oproep om infrastructuur voor gecombineerde mobiliteit te integreren in de plannen van stedelijke en gemeentelijke ontwikkelingen en in de infrastructuur voor openbaar vervoer (Mobiliteitsverslag van 2012[1]).In een verstedelijkt netwerk van Vlaanderen zijn gedeelde mobiliteit met deelparkings, deelauto's en deelfietsen immers een belangrijk aspect om spaarzaam om te springen met de beschikbare ruimte zonder te moeten inboeten aan mobiliteitsmogelijkheden.

De MORA geeft ook aan dat de parkeerproblematiek zowel aan de woning als aan multimodale knooppunten bijzondere aandacht verdient.

Tenslotte wil de MORA dat er een afstemming gemaakt wordt tussen het Woonbeleidsplan en het toekomstige Beleidsplan Ruimte Vlaanderen en Mobiliteitsplan Vlaanderen.